op en top exotische bestemming, een geweldige smeltkroes van culturen, gehuld in een mysterieuze waas? Dan maakt het tropische kruideneiland Zanzibar veel kans
met zijn witte stranden, wuivende palmbomen, houten dhows aan de horizon en zon, heel veel
zon. Ook hoofdstad Stone Town, een labyrint van steegjes, is een fascinerende plek
die niet voor niets Unesco werelderfgoed werd. Zanzibar is een bestemming die
doet dromen, maar waarom het daarbij laten?
Hoofdstad Stone Town is een labyrint van smalle steegjes.
|
Kenyatta Road opwacht. Wazungu is
Swahili voor blanke Europese reizigers en die zien we hier overal. Stone Town voert ons terug naar ver vervlogen tijden, toen Indiërs en Arabieren nog
de plak zwaaiden op dit exotische eiland. Die smeltkroes van culturen bepaalt
nog steeds het straatbeeld in dit geboortestadje van Freddie Mercury, de extraverte zanger van Queen. ‘Hij werd hier in 1946 geboren als
kind van een Indische familie,’ zegt Shabaan. Langs het huis dat nu een
souvenirshop is, duiken we de smalle Gizenga Street in, die langzaam wegglijdt in
een immens labyrint.
Bazaars, kleine naai ateliers en handeltjes in kofia’s vindt je hier overal.
|
Scooters, fietsers en volgeladen stootkarren slalommen er vervaarlijk door steegjes van amper twee meter breed. Tussen de vele kleurrijke bazaars liggen kleine naaiateliers en handeltjes in kofia’s verscholen, soms slechts een schemerige ruimte achter een immense deur, de beroemde deuren van Stone Town. Hun elegante
houtsnijwerk verwijst vaak naar de eerste bewoners, Indische goudsmeden of
Arabische slavenhandelaars. Naast de vele souvenirshops vinden we er ook behoorlijk wat kunstgalerijen. In de Real Art Gallery laat Anita ons kennismaken met Oost-Afrikaanse meesters als Malikita (de lokale Ensor) en Tinga Tinga. Zowat elke straatkunstenaar kopieert ze intussen, Stone Town lijkt er wel mee geplaveid.
De dagelijkse markt van Stone Town is een must.
|
In geen tijd verdwalen we in straatjes met bazaars en witgewassen koloniale huizen, tussen minaretten en statige paleizen. We stoten op een Anglicaanse kathedraal, die hoog boven de oude stad uittorent. In 1873, toen de slavernij werd afgeschaft, werd ze als een soort statement op de slavenmarkt gebouwd. Het grootste gebouw van de stad is nu het National Museum.Dit voormalige paleis van sultan Barghash was lang het grootste gebouw van heel Oost-Afrika. In 1906 had het al elektriciteit en een lift, wat zo uitzonderlijk was voor die tijd dat het de bijnaam House of Wonders kreeg. Kleuren maar vooral aroma’s van heerlijke specerijen spatten
ons tegemoet op de immense markt van Stone Town. Want Zanzibar is een kruidenparadijs. Voor
een equivalent van enkele schamele euro’s kopen we een zakje vol vanille, saffraan, nootmuskaat en chilipepers van de beste kwaliteit.
De Forodhani Gardens zijn een streetfood paradijs.
|
Een fascinerende chaos op de Zanzibarese wegen.
|
Plukken, pellen & proeven. Bij het uitrijden van de stad is de verkeerschaos immens. We zien fietsers,
ossenkarren, motors en massa’s voetgangers langs de weg, die door zigzaggende daladala’s (minibusjes) met veel kabaal worden aangemaand om mee te rijden, al is de
bestemming niet altijd duidelijk. We passeren allerlei koopwaar. Sofa’s, kasten,
bedden en matrassen in de uitlaatgassen en het opwaaiende stof zetten is blijkbaar
de beste reclame, want het werkt. Daartussen zitten mannen te sleutelen aan
wagens, motors en fietsen en vinden we op zowat elke straathoek buurtmarktjes
waar je van een ananas tot potten en pannen of een tweedehands T-shirt kan
kopen. Dit is echt Afrika, een stressloos bestaan te midden van een fascinerende
chaos. Eenmaal weg van de stad keert de rust stapvoets terug en neemt het groen weer de
overhand.
Nootmuskaat is de pit van een tropische vrucht.
|
We stoppen aan de bekende kruidentuin Dole. Na zeewier en toerisme zijn specerijen de belangrijkste motor van dit eiland. De rondleiding is er op z’n minst origineel. Het 14-jarige hulpje van de gids schept er plezier in om ons alles te laten ruiken. De kruiden worden geplukt, gepeld, besnuffeld en geproefd. We leren er de vuurrode annatu kennen, een vrucht van de lipstick tree, verder zijn vanille, saffraan, nootmuskaat en kruidnagel slechts een kleine greep uit de vele smaakmakers.
Polé, polé.
|
Het hulpje vlecht zelfs een mand om ze allemaal in te leggen. De jongen blijkt een meester
in het vlechten: hoedjes, een das voor meneer, een mooie halsketting voor
mevrouw. Kruiden- en entertainment tour zou een betere naam zijn voor ons
bezoek. Een man met aanleg voor ADHD geeft een demonstratie boomklimmen. Alles
voor een tip, zelfs uit volle borst zingen is hem niet teveel. Een familie Japanners
vindt dit het beste van de hele toer. En vermits zij er veel beter mee staan,
geven we ook onze kunstig gevlochten hoedjes aan hen. Het mandje kruiden hult
onze wagen in een exotisch parfum.
Apenstreken. Eten en slapen lijken zowat de enige bezigheden van de rode
colobusaapjes, die enkel nog op Zanzibar voorkomen. Op een open plek in het
immense Jozani Forest eten ze zich een weg door de lage begroeiing. Vijanden hebben ze hier
niet, dus we kunnen ze tot op enkele centimeters benaderen. Hun soortgenoten,
de blauwe aapjes, zijn een stuk schuwer en houden zich vooral in de bomen op. Een
groot deel van dit vlinderparadijs (meer dan 50 soorten) bestaat uit
uitgestrekte mangroves. Zonder zou Zanzibar zelfs niet bestaan, vertelt Juma
onze gids, die sprekend op Norman Freeman lijkt. De mangroves verkennen we vanuit
een origineel perspectief, langs een hoge houten brug die ons een unieke kijk geeft
op het verborgen leven in dit groene niemandsland.
Schildpadden aaien op Prison Island.
|
van Stone Town, staan we oog in oog met een honderdtal reuzenschildpadden. Ze
liggen op en naast mekaar. We lopen gewoon tussen hen door want ze storen zich helemaal niet aan mensen. De indrukwekkende
beesten hebben zich volledig geadapteerd aan de vele bezoekers die deze oude
gevangenis dagelijks aantrekt. In het zuidelijke Kizimkazi neemt Issa, een visser, ons in een klein bootje de tumultueuze oceaan op. Na een half uurtje varen escorteert plots een groep dolfijnen met jongen onze boot. Issa spoort ons aan het water in te duiken.
Dolfijnen spotten in Menai Bay.
|
Zwemmen met dolfijnen in een woelige oceaan, wat een adrenalinekick. De tuimelaars scheren rakelings langs ons heen, ze aanraken is adembenemend. De vissers uit de baai maakten vroeger nog jacht op dolfijnen, maar sinds het gebied beschermd is varen ze rond met toeristen. Menai Bay ligt in het zuidwesten van het eiland en is gekend om zijn uitgestrekte mangroves en prachtige koraalriffen. Issa brengt ons naar een van de mooiste atollen om te snorkelen. Net zoals op de oostkust ligt hier een prachtig barrière-rif vlak voor de kustlijn. Zanzibar heeft een spectaculaire onderwaterwereld met prachtige koraalformaties en kleurrijke tropische vissen, ook barracuda’s en mantaroggen. We genieten volop.
Vis, het
dagelijkse brood. Rauwe vis, gekookt of gegrild, er is geen beter voedsel te vinden op dit
eiland. Het loon van de meeste mensen mag dan niet hoog zijn, voedsel is er
altijd. Als je maar een boot hebt. Geen gemotoriseerde boten maar houten dhows
brengen de vissers veilig de oceaan op. In het noorden, op het idyllische Nungwi strand, gaan we een kijkje nemen in het gelijknamige dorp waar ze dhows bouwen. Het gebeurt allemaal erg
kleinschalig, maar eindelijk zien we hoe zo’n traditionele zeilboot tot stand komt. We raken aan de praat met Hadji, een meester in zijn vak. Hij werkt een boot van 6 à 7 meter, met 4 helpers op amper 2 maanden af.
Dhow-bouwers in Nungwi.
|
het strand veranderd in een blauw tapijt. In het dorp gaat het dagelijkse leven
zijn gewone kalme gangetje. Kinderen komen nieuwsgierig naar ons toegelopen,
vrouwen vluchten schichtig een of ander portaal in. Af en toe spreekt iemand
ons aan met een paar woorden Engels. Tussen immense blauwe en rode zeesterren wandelen we kilometerslang het hagelwitte strand af
naar ons hotel. Nungwi Beach behoort tot de mooiste stranden ter wereld.
Zanzibarezen zijn de beste dhow-bouwers van de Arabische Zee.
|
pensionnetjes voor rugzaktoeristen. Nungwi en de hele noordkust is ideaal voor mensen die willen feesten. Wij vliegen er ook in, want in het hotel is er een Afrikaanse party gepland. Vanuit moederland Tanzania zijn er Masai overgekomen. Ze stelen de show met hun spring performance. Het Afrikaanse buffet met massa’s schaaldieren en enorme gegrilde zwaardvissen is delicieus. De ambiance is zwoel: live muziek, met op de achtergrond het ruisen van de oceaan, blootvoets dansen in het warme zand. Ook dit is Zanzibar.
De oostkust, onze favoriete plek op Zanzibar.
|
Restaurant The Rock aan de Zanzibarese oostkust.
|
een restaurant op een enorme rotsblok middenin de zee. ‘Zwemmen naar je lunch hoeft gelukkig niet,’ lacht Nigel, de baas. ‘We hebben bootjes en als de zee wegtrekt kan je ook gewoon naar ons toe wandelen.’ Op het terras, waar we uitgebreid aperitieven, lijkt het alsof we op
een schip zitten. Het landschap heeft iets dramatisch. In het ondiepe water en op
het strand waar de zee enkel nog schittert tussen de rimpels van het zand, lopen
kinderen te zoeken naar chawale (kleine schelpjes), die tot voor kort nog op het menu stonden.
Het beste van het eiland op je bord in The Rock.
|
We genieten enorm van onze zeevruchtenschotel, een ceviche van witte vis en een verse krabsalade’. ‘De vis kopen we elke ochtend van de vissers uit Michamvi Pingwe, het dorp
dat de eigenaar is van de rots waarop het restaurant staat,’
zegt Nigel. Heel in de verte zien
we de vele vissersboten dobberen, het uitzicht is onwerkelijk mooi. Op deze
oostelijke kustlijn is de sfeer erg relax. The Rock zit daar voor
veel tussen. Het werd op amper 5 jaar tijd een iconische plek op Zanzibar.
Traditional healing in Muyuni.
|
paspoort moet nog 6 maanden geldig zijn, visum aan de grens kopen of in de
ambassade in Brussel: www.tanzaniaembassy.be
1€=2104 Tanzaniaanse Shilling. Maar je kan bijna overal met $ en zelfs met €
betalen (€=minder gunstig)
Swahili, Arabisch en een aardig mondje Engels.
Een stempel tegen de gele koorts is verplicht. Malariapillen nemen. Meer info: Tropisch Instituut: www.itg.be
best van juni tot maart. Regen: maart tot eind mei en in november.
Tijd:
zomer 1 u, winter 2 u later dan in België.
Geef een reactie